SLAA

SLAA

Stadsgedicht: Scheiding

K. Schippers

Stadsgedicht: Scheiding

K. Schippers

Scheiding

Lees ik plotseling weer de Chinese Poems uit
900 v. Chr. tot 1647, in het Engels vertaald
door Arthur Waley, Allen and Unwin, 3de druk,
1956. ‘Veel vrienden verdwenen?’ vraagt hij.

‘De laatste tijd, ja.’ ‘Zeker Amsterdammers.’
‘Bijna allemaal.’ ‘Lees dit gedicht ’ns, dat
begreep je vroeger niet.’ ‘Welk?’ ‘Scheiding,
blz. 162, uit 817, op de kop af 1200 jaar oud.

Vertaal jij het uit het Engels.’ Hij loopt weg,
ik lees het gedicht. Gisteren hoorde ik dat die
en die er niet meer is. Vanmorgen wordt me
verteld dat zo en zo ook dood is. Van vrienden

en bekenden lijdt meer dan tweederde aan
verandering en verdween naar het Hemelrijk.
Degenen die zijn vertrokken zal ik niet meer
zien. Bij hen is het helaas nu voorgoed over

en uit. Degenen die nog over zijn – waar zitten
ze? Allen verspreid – wel duizend mijl van me af.
Wie ik heb gekend en bemind, mijn hele leven,
hoeveel kan ik er nog op de vingers van een hand

tellen? Alleen de toezichthouders van T’ung, Kuo
en Li en van de provincie Fêng – niet meer dan die
vier. Verlangend naar elkaar werden we allemaal
grijs, rolden we door het vluchtige bestaan,

als een golf op een stroom. Jammer dat de feesten
en fratsen van vroeger zijn verlept en verdwenen,
en nu dit! Wanneer zullen we afspreken en een glas
wijn drinken en lachend in elkaars ogen kijken?

– K. Schippers

Dit gedicht van Stadsdichter K. Schippers werd op 13 juni 2017 gepubliceerd in het Parool.