Stadsgedicht: Van de ene tot de andere stad
Ellen Deckwitz
Nieuw in Stadsdichter
- Stadsgedicht: AMSTERDAM, 1 JANUARI 2025
- Stadsgedicht: Van de ene tot de andere stad
- Stadsgedicht: We zijn meer
- Stadsgedicht: Bloei
- Stadsgedicht: Kleine boodschappen
- Stadsgedicht: Het kon
- Stadsgedicht: Voor als je vijftien bent
- Strijd der Stadsdichters – deBuren | Brussel
- Stadsgedicht: De straten zijn van jou
- Stadsgedicht: Ruim baan voor de onzichtbaren
In deze stad leven negenhonderdduizend
versies van Amsterdam. Elk heeft een eigen
immuunsysteem, elk heeft een eigen schaamte.
Bij de zelfscan maakt het ene Amsterdam
zich zorgen over de huur. Een ander Amsterdam
stelt zich niet meer aan nieuwe buren voor.
In Oost loopt een klein Amsterdam verloren rond.
Mompelend dat wanneer ze groot is ze haar wél
zullen zien staan.
Al die onopgemerkte hartslagen, ze roffelen
als trommelvuur en op de achtergrond sluit
een buurthuis. Op de achtergrond sluit
de noodopvang.
Ondertussen graaft een onzichtbare hand
de kloof af tot de grond galmt, tot niemand
er nog overheen kan.
Ondertussen stel ik dit soort berichten op.
Een klein saluut van de ene naar de andere
stad. Vol warmte, vanuit de nachtwakersstaat.
__________________________________________
Ellen schreef dit gedicht ter gelegenheid van ‘Is de stad nog van iedereen’, de eindejaarsconferentie van het Kenniscentrum Ongelijkheid op tien december 2024. Dit gedicht stond op 13 december in Het Parool.
Ellen Deckwitz is de Stadsdichter van Amsterdam. Zij reageert in Het Parool op de actualiteit. De Stadsdichter wordt mede mogelijk gemaakt door de gemeente Amsterdam en SLAA (Stichting Literaire Activiteiten Amsterdam), met Het Parool als vaste mediapartner.
Foto: Bianca Sistermans
Nieuw in Stadsdichter
- Stadsgedicht: AMSTERDAM, 1 JANUARI 2025
- Stadsgedicht: Van de ene tot de andere stad
- Stadsgedicht: We zijn meer
- Stadsgedicht: Bloei
- Stadsgedicht: Kleine boodschappen
- Stadsgedicht: Het kon
- Stadsgedicht: Voor als je vijftien bent
- Strijd der Stadsdichters – deBuren | Brussel
- Stadsgedicht: De straten zijn van jou
- Stadsgedicht: Ruim baan voor de onzichtbaren