SLAA

SLAA

Mariken Heitman met een inleiding bij ‘Un Jour, Fille’

Mariken Heitman

Mariken Heitman met een inleiding bij ‘Un Jour, Fille’

Mariken Heitman

Op zondagmiddag 23 maart gaf Mariken Heitman een inleiding bij de film ‘Un Jour, Fille’ tijdens de Roze Filmdagen. Roze Filmdagen is het grootste, langst lopende, breedst geprogrammeerde en meest succesvolle LGBTQ+ filmfestival in Nederland. 

Haar of hem – Mariken Heitman 

Een paar maanden geleden was ik gevraagd om op het stadhuis van Nieuwegein – waar ik woon – te komen praten over mijn voorlaatste laatste boek, Wormmaan. De middag was georganiseerd rond een expositie over en door mensen met een intersekse conditie. Ik vermoed dat ik vanmiddag preek voor eigen parochie, dat jullie met andere woorden weten wat dat betekent maar voor de zekerheid: een intersekse conditie betekent dat het natuurlijke lichaam niet overeenkomt met het maatschappelijke beeld dat we hebben van een man of een vrouw. Het aantal mensen wordt in Nederland geschat op 190.000. Absolute cijfers ontbreken omdat hun bestaan tot voor kort werd verzwegen: het stigma is enorm. 

Ik liep het stadhuis binnen en door de centrale hal verspreid stonden inderdaad grote borden met portretfoto’s en korte samenvattingen van de levensloop van de betreffende persoon. Schrijnend, dapper, verontrustend en prachtig: ik was erg onder de indruk. Trots ook, dat ik in een gemeente woon die op zo’n prominente plek aandacht gaf aan een groep mensen die zo stelselmatig onder de radar blijft.   

Ik luisterde naar een gesprek van twee mensen met een intersekse conditie, die in hun leven allebei tegen andere dingen aanliepen. Waar ze allebei volop mee in aanraking waren geweest, was het ongemak en soms het onbegrip van hun directe omgeving. Dat raakte me, omdat ik iets daarvan herkende. Het voelde alsof ik onder gelijken was, maar juist dat maakte ook ongemakkelijk, omdat ik, in de strikte zin des woords, zelf niet intersekse ben. Totdat de interviewer, die net als ik ook geen intersekse conditie had, zeer invoelend over haar ongewenste kinderloosheid vertelde. Dat raakte een snaar, net als mijn ervaringen met het bezoeken van openbare toiletten die altijd voor opgetrokken wenkbrauwen zorgen – want ben ik wel op de juiste? Het maakt misschien niet zoveel uit of je exact tot dezelfde groep behoort, realiseerde ik me. Het is wellicht belangrijker, dat we elkaars verhaal horen en herkennen, ook als maar delen van dat verhaal overeenkomen. Het tekent onze gedeelde menselijkheid. 

Toen mijn boek ten slotte ter sprake kwam, kreeg ik een verassende vraag over het personage Ra. Ra leeft ten tijde van de eerste landbouwers, zo’n negenduizend jaar geleden en het is niet helemaal duidelijk of Ra een man of een vrouw is. Zou het kunnen, vroeg iemand uit het publiek, dat Ra intersekse is? 

Ik zal eerlijk zijn: zoals veel schrijvers zeg ik vaak dat de lezer altijd gelijk heeft. Maar diep in mijn hart weegt mijn eigen gelijk, zijnde de schrijver van het verhaal, toch zwaarder. Dit keer gebeurde het omgekeerde. Ik antwoordde in alle eerlijkheid dat ik het zo niet geschreven had, maar dat ik nu spijt had dat ik Ra niet expliciet intersekse had gemaakt. Wat een kans had ik laten liggen. 

Daarom wil ik eerst dit zeggen: hulde aan deze film die expliciet het verhaal vertelt van een persoon met een intersekse conditie! Daar zijn er veel te weinig van. 

Activist 

Deze licht opruiende inleiding contrasteert eigenlijk met Anne, de hoofdpersoon uit de film die we zo gaan kijken. Zij is allesbehalve een activist. Anne leidt haar leven, in eerste instantie als meisje en ondervindt eigenlijk weinig problemen met die identiteit. Het is haar omgeving die op een gegeven moment vindt dat er iets moet veranderen. Dat moment is de grootste aller spelbrekers: de puberteit. Anne voelt zich aangetrokken tot meisjes en om onzedelijke, lesbische toestanden te voorkomen, moet ze, besluit haar omgeving, vanaf dat moment als man door het leven. Geboren met een intersekse conditie is dit bovendien prima te verdedigen, vindt de plaatselijke pastoor. In 1760 ging die identiteitswissel bovendien nog relatief eenvoudig: naast haar naam, Anne heet vanaf nu Jean Baptiste, verandert ze haar kleding. Klaar is Kees. 

Onschuld 

De film is gebaseerd op een waargebeurde rechtszaak, waar hoofdpersoon Jean Baptiste een paar jaar na deze metamorfose in verwikkeld raakte. En een rechtszaak gaat in de grond over schuld en onschuld. Ik geloof dat de regisseur, Jean Claude Monod, de onschuld van Anne/Jean Baptiste heeft willen benadrukken, juist om contrast te creëren met het vergrijp waar zij, inmiddels hij, van wordt beticht. En dan bedoel ik niet het gebruikelijke onschuld dat verband houdt met een al dan niet gepleegde misdaad. Ik bedoel de onschuld die wij allemaal kennen, de onschuld waarmee wij op deze wereld komen, geboren in een lichaam waarover we geen zeggenschap hebben, in een wereld die we niet gekozen hebben. Als dat lichaam zich min of meer binnen de maatschappelijke normen bevindt, dan is dat goed te verdragen. Zo niet, dan beginnen de problemen. 

Perspectief 

Die onschuld legt namelijk nog iets anders bloot. Het is in eerste instantie niet Anne/Jean Baptiste die een probleem ervaart met het lichaam dat afwijkt van de norm. Het zijn de mensen om haar heen die worstelen. En ze komen allemaal aan het woord, van de vader tot de advocaat. Hun bezwaren zijn divers, evenals hun bedoelingen die soms goed zijn maar soms hatelijk. Ze hebben met elkaar gemeen dat ze allemaal zoeken naar de plek die het lichaam van Jean Baptiste in de maatschappij mag innemen. Jean Baptiste is lijdend voorwerp. Dat klinkt negatief, maar zo bedoel ik het eigenlijk niet. Het is juist een zeer effectief perspectief. Want door Jean Baptiste in volle onschuld te tonen, gaat de aandacht van de kijker automatisch naar die onhandige en soms ook wrede buitenwereld. Dit is wat wij mensen doen, dacht ik, terwijl ik naar dat getob rond Jean Baptiste keek. De godganse dag zijn we op zoek naar verschillen en overeenkomsten. De norm en de afwijking. De meerderheid en de minderheid. Goed en kwaad. Omdat dit alles samenhangt met macht ja, en seks. In een perfecte wereld maakt het geen donder uit in welke mate je lichaam al dan niet afwijkt van de norm, heel die norm zou ons allemaal gestolen moeten worden. Maar we leven in een zeer imperfecte wereld waarin we elkaar voortdurend wegen. 

Anne/Jean Baptiste zijn we in wezen allemaal, lijkt de regisseur te zeggen. Een vriendelijk, onschuldig, naïef (want jong) mens. We worden allemaal onhandig verliefd en moeten ons allemaal tot die normatieve buitenwereld verhouden. Al is dat voor mensen met een intersekse conditie natuurlijk een veel zwaardere strijd. Er zijn de afgelopen jaren grote stappen gezet. Queer verhalen zijn steeds minder alternatief, de populaire cultuur loopt tegenwoordig over van transgenders of queers die uit de kast komen. Ze worstelen met hun afwijkende geaardheid, identiteit of lichaam, gaan moeizaam relaties aan of verbreken die, en dan eindig het vaak met diep ongeluk of de dood. Het zijn belangrijke verhalen en ze moeten verteld blijven worden. Wat ik mis zijn de verhalen zoals die van Jean Baptiste, verhalen waarin nou eens niet alleen het individu maar óók de omgeving ter discussie wordt gesteld. 

Als ik in een milde bui ben, dan zie ik hier simpelweg een maatschappelijke blinde vlek in, of een doorgeslagen vorm van individualisme. We zijn tenslotte allemaal de hoofdrolspeler van ons leven, dus het ik-perspectief is in die zin logisch. Help, ik ben anders! 

Ben ik van minder goede wil, dan vermoed ik in die overdaad aan worstelende queerverhalen een hang naar slachtofferporno. Het drama wordt verheerlijkt, het anders-zijn uitvergroot op een manier die bovendien voor een overwegend cisgender-, heteropubliek verteerbaar is. Want in zekere zin zijn we allemaal outsiders, het is een gevoel dat bijna iedereen herkent. Maar de meesten lopen met hun ‘afwijkinkje’ niet het gevaar op uitstoting, of erger. Zij kunnen zich daarom risicoloos verlekkeren aan andermans leed, hoeven zichzelf ook geen ingewikkelde vragen te stellen, zoals: ben ik, al dan niet stilzwijgend, onderdeel van dat uitsluitende mechanisme?   

Girl meets boy 

Het is een grijsgedraaide plaat waar we maar geen genoeg van lijken te krijgen: de met zichzelf worstelende queer. Maar het is een vorm van stuivertje wissel. De afwijkende eenling wordt probleemeigenaar van een maatschappelijk vraagstuk. Ik vind dit eindeloos fascinerend. Nee, laat ik eerlijk zijn. Het is voor mij een bodemloze bron van woede. Soms voelt het alsof mij, als queer, een worsteling met mezelf wordt aangepraat. Die is er heus ook geweest, zoals bij iedere adolescent. Maar de voortdurende, dagelijkse worsteling zie ik om me heen, bij anderen. Als ik een openbaar toilet in loop. Als mij voor de zoveelste keer gevraagd wordt of ik mezelf als vrouw beschouw. Als Trump een decreet de wereld instuurt waarin nog maar twee seksen worden erkend. Als Wilders zich daarachter schaart. Wie is hier nou aan het worstelen? Ik moest ook denken aan een boek van Ali Smith, Girl meets boy. Als u het nog niet las, dan raad ik het bij deze ten zeerste aan. Net als in deze film, wordt ook hierin nou eens niet het individu ter discussie gesteld, maar haar directe omgeving. Hoofdpersonen zijn de zussen Anthea en Imogen. Anthea wordt verliefd op de genderqueer Robin. Ze merkt bij hun eerste ontmoeting het volgende op: ‘Zij was de mooiste jongen die ik ooit gezien had.En later: ‘Ze bloosde als een jongen. Ze had de taaiheid van een meisje. Ze was gracieus als een jongen. Ze was dapper en knap en ruw als een meisje.’ Punt gemaakt, lijkt me. Smith doet niet aan belegen clichés. Ondertussen verschuift het perspectief naar verschillende collega’s die wat van hun relatie vinden maar vooral naar zus Imogen die niet weet wat ze met zichzelf aan moet. Nu haar zus een relatie aangaat met iemand die geen man is. 

Het was door dit boek dat ik mij pas echt realiseerde hoezeer onze identiteiten met elkaar verweven zijn. Dat wanneer jouw identiteit verandert, die van je zus mee verschuift. Dat we niet los van elkaar bestaan. Sterker nog, dat identiteiten in relatie tot elkaar ontstaan. En vooral: dat het soms de mensen eromheen zijn die harder worstelen dan het zogenaamd afwijkende individu. Want Imogen heeft het moeilijk. Anthea, de veranderende zus, is vooral druk met ongecompliceerd verliefd zijn, net zoals Anne/Jean Baptiste. 

De Verlichting 

Er was een zin die me na afloop van de film bijbleef. Hij wordt uitgesproken door de advocaat, Maitre Vermeil, die in 1765 Jean Baptiste besluit te verdedigen. Als deze advocaat hoort hoe Jean Baptiste behandeld wordt, verzucht hij: ‘It is a disgrace for our enlightended age’. Persoonlijk vond ik zijn pleidooi het hoogtepunt van de film, benieuwd wat u daarvan vindt. Niet Anne, maar deze advocaat is een activist. Een gepassioneerd vertegenwoordiger ook van De Verlichting, die in die dagen volop gaande was. In toenemende mate hechtte men belang aan de rede en de wetenschap, ten koste van het dogmatische autoriteitsgeloof waar bijvoorbeeld de kerk voor stond. Een beweging ook, die de maatschappij beoogde te veranderen, niet zozeer het individu. Kom daar nog maar eens om. 

Precies tweehonderdzestig jaar later zijn we. Tweehonderdzestig jaar na deze zin, bepaalt de Amerikaanse president in een decreet dat de overheid nog maar twee seksen erkent: man en vrouw. 

Tweehonderdzestig jaar, daar wil ik echt even bij stilstaan, waarin de mensheid op andere terreinen niet heeft stilgezeten. De Franse revolutie gebeurde, de wetenschap bracht Darwins evolutietheorie voort en de ontdekking van het DNA, slavernij werd afgeschaft, vrouwen- en burgerrechten werden steeds beter vastgelegd, de Europese unie is – ondanks alles – het beste uitvloeisel van twee gruwelijke wereldoorlogen. Er zijn volop queer hoofdpersonen in mainstream televisieseries, zoals ik al even noemde. Als kind van de jaren tachtig – wij hadden alleen Ellen Degeneres – kijk ik daar met enige jaloezie naar. Er is vooruitgang voor wie het wil zien. Maar waar vrijwel niets aan is veranderd, is onze kennis over en begrip voor mensen die met een intersekse conditie worden geboren. 

Ik hoop en verwacht dat deze film een bijdrage zal leveren aan het doorbreken van dit stigma. Dat we iets van onszelf in Jean Baptiste of zijn strijd zullen herkennen. En ik hoop vooral dat er vaker over dit onderwerp zal worden gepraat, dwars tegen de politieke realiteit in. 

Ten slotte: misschien raakte u in mijn verhaal af en toe de draad kwijt. Ging het nou over Jean Baptiste of Anne, over haar of hem? Die verwarring toont wat mij betreft vooral aan dat onze binaire taal tekortschiet. Daarom wilde ik hem niet opheffen. Maar bovenal omdat, zoals een therapeut mij ooit aanraadde, ik ons toewens dat we het ongemak af en toe simpelweg verdragen.