De roman Met de slechtste bedoelingen van de Italiaanse auteur Alessandro Piperno is een opmerkelijk debuut. Piperno voert de deels joodse, deels katholieke Romeinse familie Sonnino ten tonele, met als decor de geschiedenis van de twintigste eeuw. De joodse textielhandelaar Bepy leeft er na de Tweede Wereldoorlog lustig op los: feesten, geld en vrouwen zijn de belangrijkste componenten van zijn decadente levensstijl. Groot is het contrast met de puriteinse, streng katholiek Alfio, schoonvader van Bepy’s zoon. Daniel, produkt van deze joods-katholiek verbintenis, is de verteller van de familiegeschiedenis. Hij neemt de lezer mee van decadente feesten naar hilarische begrafenissen, van financiële schandalen naar droomvakanties.
Het boek Mijn gewonde hart; het leven van Lilli Jahn staat op naam van Martin Doerry.
Doerry heeft de briefwisseling tussen zijn joodse, in de Tweede Wereldoorlog omgekomen grootmoeder en haar kinderen gebruikt voor een reconstructie van de geschiedenis. In de oorlog liet de protestantse arts Ernst Jahn zich scheiden van zijn joodse vrouw Lilli (ook een arts), met alle noodlottige gevolgen van dien. Doerry geeft een gedetailleerd beeld van het dagelijks leven in de jaren dertig en veertig van de vorige eeuw tegen de achtergrond van de opkomst van het nationaal-socialisme. Na de introductie van de auteurs door Michaël Zeeman, vertellen Piperno en Doerry ieder over de ontstaansgeschiedenis van hun boek, lezen een fragment voor en gaan in gesprek met Michaël Zeeman over joodse levens tussen twee culturen.
Voertaal: Italiaans (met simultaanvertalingen) en Engels.