SLAA

SLAA

UITVERKOCHT: Afscheid: nieuwe woorden, nieuwe rituelen

UITVERKOCHT: Afscheid: nieuwe woorden, nieuwe rituelen

Babet te Winkel, Benzokarim, David Elders, Emma van Meyeren, Atte Jongstra

***Dit programma is inmiddels uitverkocht.***

In de zalen van PC Art Paviljoen – het leegstaande rouwcentrum in tijdelijk beheer van Museum Tot Zover – nemen uiteenlopende schrijvers, dichters en spoken word-artiesten je op zondag 25 februari mee langs verschillende manieren om afscheid te nemen. Met welke rituelen geef je rouw en liefde vorm? Welke woorden kies je? ‘Afscheid: nieuwe woorden, nieuwe rituelen’ is een levendig programma over wie er achterblijft na de dood.

Met David Elders, Benzokarim, Babet te Winkel, Emma van Meyeren, Joris van Casteren, Atte Jongstra en een korte film van Bouba Dola (regie), Sjaan Flikweert, Jörgen Gario en Mirte Hartland.

Emma van Meyeren voert een tekstueel ritueel uit naar aanleiding van haar prachtige rouw-essay Ook ik ben stukgewaaid (Uitgeverij Chaos, 2020). Met een geluidsopname gemaakt door Rozaly.

In de korte film De werkelijkheid heeft mij niet nodig (regie: Bouba Dola) vertalen Sjaan Flikweert, Jörgen Gario en Mirte Hartland gesprekken over sterfelijkheid in een prachtige, kleurige mix van muziek, dans, spoken word en videokunst.

Schrijvers Babet te Winkel en Benzokarim dragen voor uit hun boeken over het omgaan met verlies. Babet schreef met Zien in het donker: een nieuwe taal voor rouw een memoir en onderzoek over de periode vlak na het overlijden van haar moeder. Volgens Benzokarim is ‘leven zonder moeder als vliegen zonder vleugels’. In gesprekken met zijn vader ging hij op zoek naar de betekenis en consequenties van het verkiezen van het onbekende boven een thuis. Het resultaat is de dichtbundel El Ghorba.

Joris van Casteren is naast schrijver ook coördinator van De Eenzame Uitvaart, een verzameling dichters (de ‘Poule des doods’) die overledenen zonder bezoekers op hun uitvaart een poëtisch saluut brengen. Atte Jongstra is een van die dichters. Van Casteren en Jongstra tonen met hun voordracht hoe bezield een eenzaam afscheid kan zijn.

David Elders is sinds de jaren negentig een begrip onder veel Amsterdammers die afscheid hebben moeten nemen van een dierbare. De uitvaartondernemer vermenselijkte de uniforme uitvaarten die in de grote stad de boventoon voerden, geïnspireerd door rituelen en gebruiken uit onder meer India en het Nederlandse platteland. Hij spreekt en schrijft er met verve over, en heet de bezoekers op 25 februari welkom in het PC Art Paviljoen.

Museum Tot Zover organiseert in samenwerking met de Linnaeus Boekhandel een serie lezingen op de zondagochtend. Het doel is om schrijvers en publiek met elkaar in contact te brengen rond het veelzijdige thema de dood. Daarom noemen we het de ‘koffie- en cakelezingen’. Ze vinden gemiddeld eens per kwartaal plaats. Deze zondagmiddagmatinee van SLAA is een ‘koffie- en cakespecial’. Het programma duurt van 15:00 tot 17:00. Je krijgt voor dit programma geen korting met een Museumkaart.

Deze activiteit wordt gepland in PC Art Paviljoen, het leegstaande PC Uitvaartcentrum in de Watergraafsmeer. Het uitvaartcentrum is tijdelijk in beheer van Museum Tot Zover. De geladenheid van de plek en alle verhalen die daar zijn verteld en gevoelens die daar zijn ondergaan, werken door in dit literaire middagprogramma.

Adres: Zaaiersweg 2, 1097 ST Amsterdam.

David Elders was de eerste in Nederland (en wellicht in Europa) die het belang inzag van een meer persoonlijke invulling van uitvaarten. In 1992 was dat in de steden ongebruikelijk. Na overlijden werd men opgehaald en meegenomen. Waar? Dat wist men niet. De dood werd op afstand gehouden. David, die toen docent filosofie was, voelde zich geroepen om daar iets aan te doen. Hij zou uitvaarten organiseren waar de menselijke maat de boventoon voerde. Waar overledenen mensen bleven tot in de dood. Geen nummer ver weg in een anonieme megakoelinstallatie. Daaraan bleek diepe behoefte te bestaan, en nu is deze manier van werken rond het overlijden doodgewoon.

Foto: Coco Olakunle

Babet te Winkel (1991) is humanistica en lichaamsgericht begeleider bij rouw. Ze is opgeleid aan de Universiteit voor Humanistiek om mensen te begeleiden bij zingeving en levensvragen. Ze richtte Verlieskunst op om ruimte te creëren voor rouw en geeft rouwmassages. Ze focust niet alleen op rouw om de dood, maar allerlei soorten verliezen (denk aan: huwelijk, gezondheid, baan, dromen). Ze zoekt hierbij naar innovatieve vormen, zowel fysiek als digitaal. In samenwerking met kunstenaars maakt ze Verlieskaarten, boekjes en (rouw)kleding. Recentelijk heeft ze haar online training, Rouwlab, gelanceerd. Verder organiseert ze o.a. Verliesdiners en maakte ze een Verliesmuur. Hierbij spelen kunst en rituelen een grote rol. In november verscheen Babets debuut Zien in het donker. Een nieuwe taal voor rouw bij Atlas Contact.

Foto: Marieke de Graaff

Emma van Meyeren(Utrecht, 1992) is een schrijver en onderzoeker. In 2020 kwam haar essaybundel Ook ik ben stukgewaaid: essays over rouw uit bij Uitgeverij Chaos. In samenwerking met Read My World ontwikkelt ze de schrijfworkshops Het dagboek als feministisch genre. Aan de Universiteit Leiden ontvouwt zich haar proefschrift over taalexperimenten in het proza van Astrid Roemer.

Foto: Bart Merks

Benzokarim (1996) is dichter, spoken word artiest en schrijver. Karim ontroert al nog voordat hij heeft gesproken. Zijn aanwezigheid spreekt. Zijn voordrachten zijn muzikaal, ritmisch, dynamisch en doorleefd van emoties zoals alleen hij deze kan verwoorden. Karim heeft een thuis gevonden in zowel het gesproken als het geschreven woord. Schrijven is voor hem een activistische en poëtische daad. In 2022 was hij onderdeel van het Letterenfonds’ Slow Writing Lab, en won hij de El Hizjra literatuurprijs (Poëzie) Verder is hij coach bij Poetry Circle en redacteur bij Mensen Zeggen Dingen. Naast optreden op verschillende podia zoals Lowlands, Crossing Border, Read My World, Poetry International, Opera Forward Festival en het Boekenbal is hij  op 18 november 2022 gedebuteerd met zijn dichtbundel El Ghorba, een bundel waarin gesprekken met zijn vader – en het herdenken van zijn moeder – centraal staan.

Foto: Oscar van Beest

Joris van Casteren (1976) publiceerde In de schaduw van de Parnassus, gesprekken met vergeten dichters (2002) en Zeg mijn lezers dat ik doorschrijf, portretten van vergeten schrijvers (2006). In 2003 verscheen de reportagebundel De man die 2 ½ jaar dood lag, berichten uit het nieuwe Nederland, in 2007 de reportagebundel Requiem voor een pitbull. Hij is samensteller van de bloemlezing Een vreselijk land, de mooiste journalistieke verhalen van Nederland (2005) en schreef de dichtbundel Grote atomen (2001). Aan het Netherlands Institute for Advanced Study (NIAS) te Wassenaar was hij in 2007 journalist-in-residence. In september 2008 verscheen Lelystad. Sinds november 2018 is Joris coördinator van De Eenzame Uitvaart.

Foto: Merlijn Doomernik

Atte Jongstra (1956) is de auteur van een veelzijdig literair oeuvre. Voor zijn verhalenbundel De psychologie van de zwavel ontving hij in 1989 de Geertjan Lubberhuizenprijs. In 1998 werd hem voor zijn essaybundel Familieportret de J. Greshoffprijs toegekend. Met zijn historische roman De avonturen van Henry II Fix brak hij door bij een groter publiek. Daarna schreef hij de roman De heldeninspecteur, de autobiografie Klinkende ikken (Privé-domein) en het boek over Multatuli, Kristalman. Eind 2013 verscheen van hem de autobiografische roman Diepte! over de schrijnende geschiedenis van een klein Fries dorp, gelegen op de grens van hemel en hel. Daarna volgden Het fluïde tijdperk, Furunkel en de in 2019 verschenen roman De aardappelcentrale. In 2017 werd hem de Constantijn Huygensprijs toegekend.