SLAA

SLAA

Stadsgedicht: Kleine boodschappen

Ellen Deckwitz

Stadsgedicht: Kleine boodschappen

Ellen Deckwitz

Vlak voor de afspraak met de specialist vlucht je de wc in
om even op adem te komen van het feit dat je nooit
zeker weet wat er allemaal in je lijf zit.

Je doet de deur dicht en ziet hoe op het hout
allemaal boodschappen zijn achtergelaten
van mensen van wie je niets weet
behalve dat ook zij een lichaam hebben 

waarvoor ze soms bang zijn. In dunne letters staat:
Geef nooit op. Een ander schreef:
Laat het niet al te erg zijn, God. Schuin daarboven:
Leef elke dag alsof het je laatste is. Tijd vliegt. 

Talloze berichten van de ene machteloze
tot de andere. In een stad zo groot dat je er als zieke
soms verdwijnt. Een klein saluut voor iedereen
die weet hoe eenzaam het is 

als alleen je bloedwaarden nog tellen.
Er een infuus vol chemische slaap op je wacht
omdat je sommige zaken niet bewust wilt meemaken. 

Op de gang hoor je karretjes rammelen.
Je blik valt op: Ik studeer wetenschap
om jullie te helpen  

en daaronder, in beverig handschrift:
Dankjewel. 

Dit gedicht stond 13 september in Het Parool. Ellen schreef dit gedicht ter ere van alle kleine boodschappen geschreven op de binnenkant van een wc-deur in het OLVG, augustus 2024. 

Foto: Bianca Sistermans